De in deze richtlijn weergegeven uitgangspunten betreffen de beoordeling van ruimtelijke situaties bij leidingen. De richtlijn dient om in het kader van het Bevb bestaande en nieuwe ruimtelijke situaties nabij leidingen te kunnen beoordelen. Binnen VELIN zijn deze uitgangspunten aan de hand van praktijkvoorbeelden uitvoerig besproken en is besloten tot het opstellen van deze richtlijn. Als niet aan de uitgangspunten kan worden voldaan, kan er sprake zijn van een te saneren situatie.
De in deze richtlijn beschreven uitgangspunten zijn mogelijk niet altijd conform de letter van het Bevb maar, naar de mening van VELIN, wel conform de geest van het Bevb. Bovendien sluiten de uitgangspunten beter aan bij de in de loop der jaren ontstane praktijk situaties. VELIN streeft ernaar om een voor de gehele branche acceptabele werkwijze te verkrijgen. Daarmee wil VELIN duidelijkheid scheppen naar haar leden, gemeenten, maar ook naar het Ministerie van Infrastructurr en Waterstaat.
Het kan echter goed mogelijk zijn dat de betrokken gemeenten er een andere mening op na houden. VELIN houdt echter vast aan de uitgangspunten zoals beschreven in deze richtlijn totdat jurisprudentie tot een andere interpretatie dwingt dan wel er argumenten naar voren worden gebracht die tot andere inzichten leiden met gewijzigde uitgangspunten. Mocht dat het geval zijn dan kan men dit in de documentcontrole die bij deze VELIN richtlijn is toegevoegd, terug vinden.